Een web van dromen bevat een ‘Keuze uit de dagboeken 1960-2003’ van de dichter C.O. Jellema. Welke keuze? En wat doen die dertien kippen daar in het nawoord van bezorger Gerben Wynia?

Handelaren in Chinees keramiek doen het met hun tanden, het kritisch zijn. Om vast te stellen of een Kangxivaas of een stuk Imari dat ze willen aankopen gerestaureerd is, gaan ze met hun tanden over de verdachte plek: een gerestaureerde plek smaakt anders dan een ongeschonden. Ze zijn kritisch, want hun winstmarge hangt af van de inkoopprijs, en hun klanten, de verzamelaars, willen eigenlijk alleen maar gaaf spul. Wij editeurs zijn ook per definitie kritisch over de handel van de collega’s, en wij zijn dat met onze ogen.

Vaak zijn zwakke plekken in een editie snel te zien. Wie in Een web van dromen. Keuze uit de dagboeken 1960-2003 van C.O. Jellema in het register een algemene indruk wil krijgen van de voorkomende personen vangt bot: er is wel iets dat ‘Personenregister’ heet, maar het is er geen. Het gaat – maar dat blijkt pas als je het dagboek hebt gelezen – om een lijst van voor Jellema belangrijke personen die regelmatig voorkomen. Merkwaardig genoeg is de lijst alfabetisch op voornamen geordend, en dat was ik in een boek nog niet eerder tegengekomen.

Wat helaas wel vaker voorkomt, ook in uitgaven met een wetenschappelijke pretentie, is gebrek aan informatie. In dit boek staat wel een uitvoerig overzicht van de achttien cahiers waarin Jellema zijn notities maakte, compleet met data en aantallen pagina’s, maar wat we niet te weten komen is hoeveel er waar in de gedrukte versie is weggelaten. En dat wil je eigenlijk weten als er sprake is van een keuze. Staat er bijvoorbeeld iets voor of na de notitie die is afgedrukt? Het zou iets kunnen zeggen over het gewicht van het genoteerde: was het een van vele gedachten die dag, of was het de enige die de moeite waard was om te noteren?

De levensschets van de Groningse dichtende en vertalende germanist Jellema door bezorger Gerben Wynia is informatief en aangenaam geschreven, maar toch proefden mijn editeurstanden op p. 478 een zwakke plek. Wynia schrijft daar, als het gaat over Jellema’s korte (1969-1971) werkzaamheid aan de universiteit van Utrecht en over zijn nieuwe woonplaats Tull en ’t Waal: ‘Jellema en [diens partner Hans] Stolp delen huis en tuin met dertien kippen, twee hanen, drie kalkoenen, vijf ganzen, twee geiten, een poes, een koerduif en drie honden.’ En die mededelingen kwamen me bekend voor. Op de flaptekst (die u, als u in een literatuurwetenschappelijk gezelschap bent, ook paratekst of zelfs epitekst mag noemen) van de bundel Tijdverblijf uit 1971 staat namelijk over de auteur: ‘Woont met 13 kippen, 2 hanen, 3 kalkoenen, 5 ganzen, 2 geiten, 1 poes, 1 koerduif, 3 honden (Sebastiaan, Robbeknol, Muis) en Hans in Tull en ’t Waal’. Een tekst die in 1971 bedoeld was, vermoed ik, om de lezer te vertellen dat Jellema een buitenmens was en bovendien homoseksueel, wordt zonder aanhalingstekens en zonder bronvermelding gebruikt als biografisch feit. Hier is sprake van romantisch, laten we het zo maar noemen, en niet van kritisch bronnengebruik. Een kritische blik zou die kippen, hanen en kalkoenen niet zomaar hebben laten voorbijscharrelen. Het is immers niet uit te sluiten dat een van die kalkoenen de Tull en ’t Waalse kerst niet overleefde, en van die vijftien kippen en hanen zal er heus wel eens een het leven hebben gelaten door toedoen van een vos of een roofvogel.

Het lijkt misschien niet zo, maar ik kocht dit boek niet om erover te zeuren. Jellema is een interessante schrijver, en bovendien leerde ik hem juist in zijn Utrechtse periode persoonlijk kennen. Hij doceerde in het najaar van 1971 Nederlands aan de vers aangekomen germanisten daar. Blijkbaar was dat nodig. Na de kerst was hij vertrokken, terug naar Groningen, en voor ons studenten gebeurde dat nogal abrupt. Een web van dromen bevat veel mooie dagboekaantekeningen, maar weinig over de Utrechtse periode: in totaal zeven pagina’s. Uit 1969 zijn zelfs maar een paar regels afgedrukt: de notitie van één dag. Graag zou ik als lezer willen weten of dat de enige notitie van dat jaar 1969 is, hetgeen toch opmerkelijk zou zijn. Maar het staat er niet. Het gissen daarover duurt totdat er een volledige wetenschappelijke editie van de dagboeken van Jellema verschijnt.

Jan Gielkens

C.O. Jellema, Een web van dromen. Keuze uit de dagboeken 1960-2003. Bezorgd door Gerben Wynia. Amsterdam (Querido), 2009 | ISBN 978 90 214 3516 9 | € 24.95