Een amusant relletje over een interessante affaire: een zekere Nadine S. plaatst op het internetforum van Fok een serie verhalen over haar verhouding met de vader van haar oppaskinderen. Echt, of niet echt? Waarschijnlijk het laatste. Een hele schare bezoekers van het forum leeft met haar mee en becommentarieert de gebeurtenissen. Nu brengt Nadine S. een boek uit over de geschiedenis, waarin ze uitgebreid gebruik maakt van de teksten van haar publiek (is dat het juiste woord? raadgevers? online vrienden?). In het boek wordt een aantal van hen overigens bedankt.

Zijn de gebeurtenissen verzonnen? Heeft Nadine S. bedrog gepleegd? Mag ze zomaar de teksten van anderen overnemen?

Het geheel herinnert aan de affaire rond lonelygirl15, het meisje dat met haar serie video’s op Youtube een hele schare bewonderaars trok, tot uitkwam dat haar karakter fictie was. Teleurstelling en boosheid alom.

Vanuit literatuurwetenschappelijk gezichtspunt een interessant geval. Welke commentaren zijn bruikbaar voor een dergelijk werk? Is de roman op het forum een voorpublicatie? In hoeverre beïnvloeden de commentaren het verloop van de roman? Hoe zou een wetenschappelijke editie van zo’n roman eruit zien?

Geplaatst in internet algemeen, weblog digital humanities

Een reactie op “Forumroman”

  1. Gerard Huijing says:

    Wat een leuke vragen! En ook nog vragen waarop niet 1-2-3 een antwoord mogelijk is. Wat m.i. vermeden moet worden is een essentialistische benadering: ‘wat is nu eigenlijk …’.
    Kennelijk ontstaat de ophef als iemand het virtuele boek als een ouderwets boek publiceert en zich zo toeeigent wat men, de virtuele gemeenschap, de nieuwsgroep, nu min of meer beschouwt als publiek eigendom, of als allemaal stukjes eigendom van individuen. Dat is niet hetzelfde, maar het onderscheid wordt nogal eens uit het oog verloren.
    Ik weet niet of de krant (toch ook in enige zin eigenaar) waarvoor Dickens een feuilleton maakte bezwaren had toen het een echt boek Pickwick Papers werd, van Dickens zelf. Dickens verdiende er later veel geld mee. Ik verdenk ook nu de mopperaars er van dat zij het commerciële succes niet kunnen hebben. Hoeveel mensen zullen co-auteurschap claimen als blijkt dat de auteur zich onsterfelijk belachelijk heeft gemaakt? Of wereldwijd met de dood wordt bedreigd?.
    Editietechnisch lijkt mij het toch een kwestie van afspraak. Van vele traditioneel gemaakte romans weten wij dat vaak een editor ‘meeschreef’ en soms niet zo’n beetje, maar wij kunnen meestal niet te weten komen hoeveel. Als wij even afzien van bewuste kwaadaardighaid à la Gore Vidal of de gebroeders Goncourt, zeggen wij toch ook niet meteen “eigenlijk heeft de charlatan X met zijn naam groot op het voorplat dat boek niet eens alleen geschreven, want er is ook veel, nee het meeste is van editor Y [sous-entendu: en die ken ik, want ik hoor ook bij de gliterati, al erkent niemand dat]”.